De Sierkan, melkinrichting, Lulofsstraat, jaren 30

De Sierkan melkfabriek Lulofsstraat een gesprek met dhr Huisman

“…een hele grote machine, die was tweedehands gekocht van een bierbrouwerij. Er zat een generator aan waar je dus stroom mee kon opwekken. Die stoommachine werd in de winter gebruikt tussen 17.00 en 19.00 uur want, dat was de tijd dat de straatverlichting aanging en ook de verlichting in de huizen. Dan kwam er een piek en het net was daar niet op berekend. Fabrieken hadden een extra belasting voor stroomverbruik tussen 17.00 en 19.00 uur en dat was bijna een verdubbeling. Die stoommachine was schitterend om te zien. Ik zie het nog voor me… Dan moesten die stokers en alles wat vrij was onmiddellijk komen tegen die tijd en dan stonden ze de twee lage drukketels, met elk twee vuurgangen, die werden dan helemaal vol gegooid met kolen en die ketels werden op getast tot het maximum wat ze konden hebben aan druk. Dan was het tegen vijven en dan werd de stoommachine aangezet, die kwam dan langzaam op gang en dan kreeg je ineens een hapering want dan werd er overgeschakeld van het net naar het net van de stoommachine. Dan mocht je in de fabriek maar heel weinig stroom gebruiken.”

De Sierkan, melkfabriek, Lulofstraat, jaren 30

Dhr Waasdorp, de Sierkan

” Af en toe hadden ze van die speciale dingen, bijvoorbeeld met de kerst dan hadden ze ineens een paar 1000 blikken met fruit, cocktailfruit en ananas. Die moest je verkopen en dan zeiden ze jij hebt zoveel klanten dus jij moet zoveel blikken wegzetten. Daar zat altijd wel een leuke verdienste op dus daar wilde je wel je best voor doen. Dan hadden ze weer Zwanenburg rookworsten en wat je natuurlijk ook al had was margarine. Dan kreeg je weer een wedstrijd wie de meeste Zeeuws meisje verkocht. Dan wie de meeste rookworsten verkocht. Daar kreeg je allemaal extra prijzen voor, maar ze hadden het wel zo voorsierd dat je op het laatst nergens geen tijd meer voor had.”

Berky, limonadegazeuse, Koningstraat, jaren 70

Elly Berkhuijsen, Berky frisdrank

“En dan moest je bij de cider, die kleur doen, wat naar die roze snoepjes, die perendrups smaakt, daar moest je urenlang in roeren….De koolzuur kwam uit die staven, dat werd meteen gemengd in die machine die rond draaide, dus dan was het product klaar. Een soort slang zat er aan met een steen eraan en er zat een soort elastiekje om, want er mocht geen lucht bij komen, anders gingen de flessen knallen.”