Haagvaarder 56 (hoofdartikel)
Verfrissend en gezond, Berky limonadegazeuse
In 1938 telde Den Haag ruim 30 fabrikanten van limonadegazeuse. De namen van de grote fabrieken als Wilson, Trio en ’t Hooft zullen misschien nog wel bekend klinken. Eén van de kleinere fabrikanten was Hendrik Berkhuijsen. Aan de Koningstraat 68 had hij een wijnhandel en limonadefabriek. Onder de naam Berky werd hier limonadegazeuse geproduceerd.
Het begin
Berkhuijsen kende het vak van gazeuse maken van huis uit. Zijn pleegvader startte met gazeuse maken toen zijn wijnwinkel aan de Beeklaan terug begon te lopen. Halverwege de jaren 30 begon Hendrik samen met zijn vrouw Jentje een eigen bedrijf aan de Koningstraat. Vóór was de winkel, waar naast gazeuse en siroop ook bier, wijn en (stiekem) sterke drank werden verkocht. Erachter was de fabriek. Op de binnenplaats werden de flessen gespoeld en opgeslagen. Boven woonde de familie Berkhuijsen samen met schoonouders; schoonmoeder hielp ook actief mee in de zaak.
Productie
Begin jaren 30 nam de consumptie van bier en gedestilleerd sterk af. Het gazeuseverbruik daarentegen bleef redelijk op peil; een flesje ‘prik’ was een kleine luxe, die men zich niet wilde ontzeggen. In 1933 werd de Algemene Nederlandsche Bond van Bierhandelaren en Mineraalwaterfabrikanten (BBM) opgericht. Hendrik Berkhuijsen was hiervan lid en uit de cijfers van de BBM van het suikergebruik valt op te maken dat hij in 1938 2.100 kilo suiker verwerkte, goed voor zo’n 25.000 liter gazeuse (Wilson verbruikte in datzelfde jaar ruim 30.000 kilo suiker). Gedurende de oorlog was de suiker op rantsoen en lag de productie van Berky stil. Na de oorlog werd de productie hervat en werd voor 1947 een omzet van ruim ƒ 45.000,- genoteerd.
Familiebedrijf
Ook de kinderen hielpen mee, jongste dochter Elly herinnert zich hoe ze lege flessen moest aandragen om te spoelen. In grote zinken teilen, met heet sodawater werden de flessen handmatig met raggers schoongemaakt. Later kwam er in de bijkeuken een spoelmachine. Ook werd er eindeloos geroerd in de suikeroplossing, waaraan essences werden toegevoegd. Vader vulde, in drukke tijden met hulp van de zoons, de flesjes machinaal met de siroop, aangevuld met koolzuur. Op de etalageruit stond niet voor niets: Electr. limonadefabriek. De flesjes van 22 centiliter, met een sierlijk opgedrukt Berky vignet in wit en rood, werden afgesloten met een kroonkurk. Op de liter flessen, met een algemene opdruk van een schip met de naam Berkhuijsen eronder, zat een beugelsluiting. Een krat ‘Berky gesorteerd’ bestond uit 30 flesjes in de smaken sinasappel, frambozen, champagnepils, cider en citroen.
Groenewegje
Begin jaren 70 werd het pand aan de Koningstraat vanwege de stadsvernieuwing gesaneerd. Berkhuijsen verhuisde naar het Groenewegje 135, waar hij onder de naam ‘Slijterij Berky’ de zaak voortzette. In een artikel in Het Binnenhof uit 1974 werd uiteengezet, dat ook toen nog volop frisdrank(zoals het toen al heette) werd geproduceerd. Berkhuijsen fungeerde als een soort groothandel voor groenteboeren en melkwinkels, maar ook voor kantines van bedrijven, scholen en verenigingen. De bezorging gebeurde met een Taunus, waarin naast de houten kratten Berky, o.a. ook Sisi, Hero en Riedel werden gestapeld.
Afloop
In de loop van de jaren 60 groeide het frisdrankgebruik, met name de thuisconsumptie, explosief. In de frisdrankenindustrie trad een flinke schaalvergroting op, wat leidde tot vooral landelijk opererende merken. Dat Berkhuijsen standhield, en zelfs na de verhuizing naar het Groenewegje doorging met frisdrank produceren, mag bijzonder worden genoemd. Al was het grootste deel van de omzet waarschijnlijk afkomstig uit de slijterij en de groothandel. In 1984, Hendrik Berkhuijsen was toen 69, werd het bedrijf opgeheven.
Jannie Havelaar
Met dank aan:
- Mw. E. Berkhuijsen
- T. Berkhuijsen
- P. Zwaal, conservator Nationaal Likeur & Frisdrankenmuseum, Hilvarenbeek
Bronnen:
- Interview met mw. E. Berkhuijsen, 6 februari 2007
- Het Binnenhof, 16 februari 1974
- P. Zwaal. Frisdranken in Nederland. Een twintigste eeuwse produktgeschiedenis, Rotterdam 1993
- Adresboeken van ‘s-Gravenhage