Haagvaarder 6 (hoofdartikel)
Drukkerij Albani 1809-1995
‘Eerbied voor het Oude Open oog voor het nieuwe’
Van oudsher heeft Den Haag een belangrijke grafische sector. Mede door de vestiging van de Staten Generaal en andere staatscolleges in de 16e eeuw konden de drukkerijen zich sterk ontwikkelen. Ook de handel in boeken was hier sterk vertegenwoordigd. De Staatsdrukkerij, de tegenwoordige SDU, is het enige bedrijf dat uit deze periode dateert. Drukkerij Albani volgt met de respectabele leeftijd van 185 jaar.
In de Haagsche Courant van 6 oktober 1809 deelt A. J. De Groot mee, dat hij zijn drukkerij heeft overgedaan aan de gebroeders N.H. en P.F. Giunta d’Albani en “neemt de vrijheid zijne voormalige drukkerij in goedgunstig aandenken aan te bevelen”. Niet duidelijk is waar de drukkerij gevestigd is. In 1823 kopen de gebroeders een huis en erf aan de Spuistraat. Rond het midden van de eeuw kan de firma gelokaliseerd worden op Haagpoort 4-6, d.w.z. achter het huis aan de Spuistraat. Er werken dan zo’n 30 mensen. De drukkerij was daarmee één van de grootste van de stad. Naast het drukken van boeken en pamfletten trad de firma op als stadsdrukker. Dit betekende dat alle belangrijke aankondigingen – in klein en groot formaat – bij de Gebr. Giunta d’Albani werden gedrukt. Ook andere gemeenten in de omgeving brachten hun drukwerk bij Albani. Later werden er ook de provinciale stukken voor Zuid-Holland gedrukt.
Rond 1860 werden de eerste snelpersen bij de firma in gebruik genomen. Voor de aandrijving had men een stoommachine van 2 PK opgesteld; op dat moment een uitzondering binnen de grafische industrie in Den Haag!
In 1847 kwam de leiding van het bedrijf in handen van J. Giunta d’Albani en zijn schoonzoon W.J. van Zeggelen. Deze laatste is vooral bekend geworden als volksdichter. De Van Zeggelenlaan in Spoorwijk herinnert nog aan deze markante persoonlijkheid.
In 1905, nu 90 jaar geleden, verhuisde de firma naar de Nieuwe Molstraat. Hier werd de ‘ drukkerij op dezelfde wijze voortgezet’ als op de vorige locatie. Een gasmotor van 6 PK diende voor de aandrijving van de diverse machines. Veel werd echter nog met de hand gedaan. Pas rond 1920 zette de mechanisatie verder door. De toenmalige bedrijfsleider J.P. Netto schreef in zijn jaarverslag over 1923: “De snelle vlucht der techniek heeft ook onze bedrijven herschapen in een zoo goed als geheel mechanisch werkend geheel. De zetterijen zijn voor een gedeelte ontvolkt door de meer veldwinnende zetmachines”.
Rond 1926 vond een grote uitbreiding en vernieuwing in het bedrijf plaats. De gasmotor werd vervangen door 15 elektromotoren met een gezamenlijk vermogen van 25 3/4 PK. Door deze motoren werden aangedreven: 2 oude drukpersen, 5 nieuwe persen, 1 zetmachine, 2 snelpersen en op de verdieping: 2 zetmachines, 1 snijmachine, 1 vouwmachine en 1 dynamo voor de galvaniseerinrichting.
Gedurende enkele decennia functioneerde het bedrijf ook als uitgeverij. Bekendheid kreeg men ook met het drukwerk voor diverse ministeries en het CBS, met name voor formulieren en tabellenwerk. Nog steeds blijft Albani zijn lijfspreuk trouw en volgt de ontwikkelingen in de grafische industrie op de voet. Op Open Monumentendag zal dit ook voor het publiek te zien zijn. Op die dag zal zowel met een historische handdrukpers als met een nieuwe kleurendrukpers worden gewerkt. Als aandenken aan het bezoek krijgt men van beide druk methoden een proeve mee.
Koos Havelaar
Bronnen en literatuur:
- Adresboek voor ‘s-Gravenhage
- Archief Albani, bnr.919 (HGA)
- NV drukkerij Albani 125 jaren 1 october 1809 – 1934, Den Haag 1934
- Prof. dr. Sj. Groenman, Concentratie en ontspanning, Den Haag 1959
- Hinderwetvergunningen (HGA)
- Verslag gemeente ‘s-Gravenhage,’staat der fabrieken’.