De Scheveningse vissersvloot moest het eeuwen zonder haven doen. Na een aantal zware stormen kregen ze een zeehaven. Enkele decennia later volgde een volwaardige plek om hun vis te verhandelen.
Historisch overzicht
Tot ca. 1900 De vissersschepen leggen aan op het strand en de vis wordt daar ook verhandeld.
1904 Aanleg van de Eerste Vissershaven. De visafslag verhuist naar de haven, maar nog steeds vindt de verkoop plaats in de open lucht.
1911 Het eerste gebouwtje, van 54 bij 10 m., voor de visafslag wordt in gebruik genomen.
1923 Ingebruikname van de Tweede Binnenhaven.
1935 Aan de Tweede Binnenhaven verrijst de nieuwe visafslag naar ontwerp van de architect G.J.M. van Duijne. In de vishal konden 4.000 kisten geplaatst worden met een inhoud van 40 tot 50 kg.
1964 Opening van de huidige visafslag. Dan de grootste en modernste visafslag van Europa. Het complex is ontworpen door architect Sjoerd Schamhart (1909-2007).
In de kop van het gebouw bevinden zich kantoorruimten, de kantine en de mijnzaal. Daaraan geschakeld is een serie hallen met sheddaken met aan de kadezijde 67 hefdeuren en aan de straatzijde 55 hefdeuren. Het geheel is 345 m. lang en 26 m. breed.
1975 De gouden jaren van de visserij zijn voorbij.
1978-1983 Vangstverbod op haring. De Scheveningse vissersvloot is sterk gekrompen.
Door de automatisering neemt het aantal bezoekers van veiling af. Via internet kan worden geboden.
2019 De visafslag wordt aangewezen als Rijksmonument in het kader van de inventarisatie van wederopbouw erfgoed.
Afbeeldingen
Locatie(s)
Bronmateriaal
M. Langenberg, “Grote veranderingen op het noordelijk havenhoofd.”, Haagvaarder, jrg. 25, nr. 98