Haagvaarder 28 (hoofdartikel)
Bloembollenschuren in Wassenaar
“Over drie jaar is er geen bol meer in Wassenaar”
De grote kenner van het Hollands lanschap Jac. P. Thijsse liet zo’n 80 jaar geleden zijn licht ook schijnen over de bloembollenvelden in Zuid-Holland. Hij schreef voor de uitgeverij Noordhoff een uitgebreide beschrijving bij een aardrijkskundige plaat uit 1914 van de bollenstreek. In die tijd was de groei van de bollenteelt in volle gang. Vooral in de tweede helft van de vorige eeuw ontstond er, als gevolg van de toegenomen welvaart, een grote behoefte aan luxeproducten, zoals bloemen. Het centrum van de bloembollenkweek lag in Lisse en Hillegom, maar ook rond Uitgeest, West-Friesland en het Westland. Daarnaast was er nog een aantal kleinere kwekerijen in Oegstgeest, Warmond, Katwijk, Rijnsburg en Wassenaar.
Turkije
Tulpen zijn rond 1570 vanuit Turkije naar Nederland gebracht, waar Haarlem het eerste bloembollencentrum werd. De gronden achter de duinen bleken buitengewoon geschikt voor de bollenteelt. Daar lagen evenwijdig aan elkaar strandwallen, afgewisseld door smalle stroken klei- en veengrond. De duinen vormden een natuurlijke bescherming tegen de wind en de regeling van de waterstand was verzekerd door molens en later gemalen.
Bollenschuren
In de bollenteelt neemt de ‘bollenschuur’ een belangrijke plaats in. Hier worden de bollen te drogen gelegd en verder klaargemaakt voor de handel. De eerste bollenschuren dateren uit de 19e eeuw. Ze waren van hout en eenvoudig gebouwd. Binnenin bestond zo’n schuur voornamelijk uit droogstellingen, die vaak onderdeel vormden van de constructie. De kwekers van bloembollen waren sterk afhankelijk van het weer. Zon en wind speelden een belangrijke rol bij het droogproces van de opgeslagen bollen. Dit drogen kon worden beïnvloed door het openen en sluiten van de vele ramen en deuren. Met de komst van de verwarmng, waardoor het droogproces beter handteerbaar werd, werden de kwekers daar minder afhankelijk van. De rijen openslaande ramen en deuren werden in feite overbodig; ze werden vervangen door kleinere vensters.
Katwijkseweg
Deze schuren zijn op verschillende plekken in Zuid-Holland nog in allerlei soorten en maten te bewonderen. In Wassenaar staan er nu nog drie aan de Katwijkseweg, vlak achter de duinen. Tot voor kort waren er dat negen.
“Over twee á drie jaar is er geen bbol meer te bekjnnen in dit gebied van ongeveerd 100 ha. met de beste bollenrgond van Nederland”, volgens kweker K. Overdevest. De gemeente Wassenaar gaat dit grondgebied als natuurgebied inrichten. De meeste schuren zijn al gesloopt, de overige volgen, voor zover ze geen andere bestemming kregen, binnen een paar jaar.
Herbestemming
De bollenschuur aan de Katwijkseweg 16-17, heeft een nieuwe bestemming – als verkoopruimte voor tuinmeubelen van teakhout – gekregen. De oorspronkelijke staat is echter zoveel mogelijk behouden. Het karateristieke uiterlijk van een bollenschuur uit de beginjaren van de vorige eeuw, vierkant met veel ramen om het droogproces te beheersen, is herkenbaar. Binnen zijn nog duidelijk de stellingbalken te zien waarop vroeger de rekken met de bloembollen te drogen werden gelegd. Deze stellingen maakten vaak een geïntegreerd deel uit van de bouwconstructie.
Overdevest
Bij de sloop twee jaar geleden – van de oude bollenschuur van de firma Overdevest aan de Katwijkseweg 19 – was de draagconstructie duidelijk zichtbaar. A. Overdevest begon in 1926 op bescheiden schaal met de export van bloembollen. Na 1945 breidde de export zich sterk uit . Zo werden in de jaren vijftig jaarlijks ruim duizend kisten met bloembollen geëxporteerd naar Amerika en Canada. Reden om in 1958 een bouwvergunning aan te vragen voor de bouw van een grotere bloembollenschuur. Inmiddels is het bedrijf grotendeels gestopt met de bloemenbollenteelt.
De sfeervolle schoolplaat uit 1914 van het kleurige bollenlandschap met bollenschuren zal voor Wassenaar binnenkort verleden tijd zijn. Daarmee verdwijnt een uniek stukje industrieel erfgoed uit deze gemeente.
Loes Noordhoff-Baas
- Bronnen:
H.Schuding, e.a. (red), Veranderend Lanschap, cat. tentoonstelling Drents Museum, Assen 1992. - W. Burgers, “Waardevolle historische bollenschuren bewaren”, Erfgoed, 1999-1, p. 25, e.v.
- M. Popma, Beelden van bollenschuren. Het cultureel erfgoed van de Bloembollenstreek 1850-1940, Lisse 1998.
- Oud-Archief Gemeente Wassenaar, dossiernr. 1649, inv.nrs. 2348 en 2916.
Industrieel Erfgoed in Zuid-Holland. Fietsen door de Bollenstreek, route 1, Den Haag 1996.