Midden jaren 1920 staakte Blonk zijn activiteiten. Kort daarna ging het pand in eigendom over naar de firma Dinkhuijsen en kwam er onder de naam De Witte Molen een handel in lompen en metalen. Na de oorlog deed het pand enige tijd dienst als pakhuis voor de Bijenkorf en kreeg nog diverse andere functies.
Herbestemming en renovatie
Toen in de jaren 1980 het gebouw leeg kwam te staan diende zich niet direct een nieuwe functie aan. Sloop lag voor de hand met de voortrazende stadsvernieuwing in deze omgeving. Er werden diverse pogingen ondernomen om het pand geschikt te maken voor bewoning. De gemeente beoordeelde de fundering echter als slecht en dus was deze optie in hun ogen niet haalbaar. Anno 2025 wijst niets erop dat het pand zakt! Het staat stevig op een dikke zandlaag. Een geheel andere functie zou het pand uiteindelijk redden.
Nadat de projectorganisatie Stadsvernieuwing was opgeheven vond in 1993 de overdracht van de fabriek plaats naar de SBWE, die garant stond voor behoud van het pand. De stichting ging voortvarend te werk en zorgde voor het opknappen van de buitenkant van het pand en het plaatsen van trappenhuizen. De nieuwe bestemming werd atelierruimte voor 25 kunstenaars met op de begane grond een hobbyclub ‘4wheeldrive’ auto’s, die bij aanvang al aanwezig was en een klein deel was een bordeel. Later kwam in plaats van de autoclub een architectenbureau. Het opknappen van het interieur deden de huurders zelf, wat voor hen een lagere huur opleverde.
Renovatie vanaf 2022
Na 30 jaar startte in 2022 een grootschalige renovatie mede in het kader van verduurzaming. Er vonden herstelwerkzaamheden aan de gevels plaats waarin door verroeste muurankers uitzettingen waren ontstaan. Houtrot werd op diverse plaatsen hersteld, zoals bij de dakgoten en kapellen, die weer in originele staat zijn teruggebracht en van nieuw zink voorzien. Ook alle kozijnen zijn hersteld en geschilderd en er werd isolatieglas geplaatst. De daken kregen een isolatielaag en nieuwe dakbedekking. Een lastige klus waren de tegeltableaus met de aanduiding van de productie, de firmanaam en datering, die verspreid over de gevels aanwezig zijn. Op sommige plaatsen zijn deze beschadigd door roestende muurankers. Tot slot wordt er gewerkt aan de herinrichting van de ateliers naar de maatstaven van de huidige tijd. Met deze renovatie is één van de laatste fabriekspanden in het centrum van de stad weer toekomstbestendig.
Koos Havelaar
Bronnen:
J.J. Havelaar en R. Spork, Met oog op het industrieel verleden, Den Haag 1989
K. Havelaar, “Meelfabriek en graanpakhuis Joh’s Blonk & Co”, Nieuw in Oud 1, Den Haag, 2013, p. 150-155.
K. Havelaar, Brood. Daar zit wat in!, Den Haag 2023
HGA, bnr. 666, Archief Bouw- en Woningtoezicht, inv.nr. 1005