Haagvaarder 126 (hoofdartikel)
Graanmaalderij en meelpakhuis Joh’s Blonk & Co
Eén van de meest markante historische industriële panden in het oude centrum is ongetwijfeld de graanmaalderij van de firma Joh’s Blonk & Co aan de Looijerstraat 70. Het pand staat op een locatie waarvan je zou verwachten dat een dergelijke grote en majestueuze fabriek allang gesloopt zou zijn en plaats zou hebben gemaakt voor nieuwbouw. Maar… een standvastig pleitbezorger voor behoud van het karakter van het oude centrum, Simon Kamper, wist voor elkaar te krijgen dat het anders liep. De Stichting Behoud Waardevol Erfgoed, die zijn nalatenschap beheert, zorgt nog steeds voor de instandhouding van dit industriële gebouw. Een grootschalige renovatie is de aanleiding om dit bijzondere pand in de schijnwerpers te zetten.
Graanmaalderij
De maalderij is een opvallend hoog en lang complex aan de binnenzijde van de grachtengordel. Voor de bouw ervan werden verschillende kleine panden gesloopt. Het ontwerp is vermoedelijk van de aannemer L.M. Groenwegen. Bouw- en Woningtoezicht stelde strikte eisen aan de bouw. De dubbele deurkozijnen op de begane grond moesten worden voorzien van getrokken stalen lateien. Ter ondersteuning van de balklagen dienden getrokken T-draagbalken en kwadrant stalen kolommen te worden toegepast.
De firma Blonk was een graanmaalderij en groothandel in granen, lijnkoeken en foerages. Op de twee onderste etages was de maalderij met de machines. De twee verdiepingen erboven dienden als opslag van de granen.
De fabriek had 6 maalstoelen, 5 graanzuiveringsmachines, een koekbreker en een dynamo voor eigen stroomopwekking. Een zuiggasmotor zorgde voor de drijfkracht van het maalproces.
Midden jaren 1920 staakte Blonk zijn activiteiten. Kort daarna ging het pand in eigendom over naar de firma Dinkhuijsen en kwam er onder de naam De Witte Molen een handel in lompen en metalen. Na de oorlog deed het pand enige tijd dienst als pakhuis voor de Bijenkorf en kreeg nog diverse andere functies.
Herbestemming en renovatie
Toen in de jaren 1980 het gebouw leeg kwam te staan diende zich niet direct een nieuwe functie aan. Sloop lag voor de hand met de voortrazende stadsvernieuwing in deze omgeving. Er werden diverse pogingen ondernomen om het pand geschikt te maken voor bewoning. De gemeente beoordeelde de fundering echter als slecht en dus was deze optie in hun ogen niet haalbaar. Anno 2025 wijst niets erop dat het pand zakt! Het staat stevig op een dikke zandlaag. Een geheel andere functie zou het pand uiteindelijk redden.
Nadat de projectorganisatie Stadsvernieuwing was opgeheven vond in 1993 de overdracht van de fabriek plaats naar de SBWE, die garant stond voor behoud van het pand. De stichting ging voortvarend te werk en zorgde voor het opknappen van de buitenkant van het pand en het plaatsen van trappenhuizen. De nieuwe bestemming werd atelierruimte voor 25 kunstenaars met op de begane grond een hobbyclub ‘4wheeldrive’ auto’s, die bij aanvang al aanwezig was en een klein deel was een bordeel. Later kwam in plaats van de autoclub een architectenbureau. Het opknappen van het interieur deden de huurders zelf, wat voor hen een lagere huur opleverde.
Renovatie vanaf 2022
Na 30 jaar startte in 2022 een grootschalige renovatie mede in het kader van verduurzaming. Er vonden herstelwerkzaamheden aan de gevels plaats waarin door verroeste muurankers uitzettingen waren ontstaan. Houtrot werd op diverse plaatsen hersteld, zoals bij de dakgoten en kapellen, die weer in originele staat zijn teruggebracht en van nieuw zink voorzien. Ook alle kozijnen zijn hersteld en geschilderd en er werd isolatieglas geplaatst. De daken kregen een isolatielaag en nieuwe dakbedekking. Een lastige klus waren de tegeltableaus met de aanduiding van de productie, de firmanaam en datering, die verspreid over de gevels aanwezig zijn. Op sommige plaatsen zijn deze beschadigd door roestende muurankers. Tot slot wordt er gewerkt aan de herinrichting van de ateliers naar de maatstaven van de huidige tijd. Met deze renovatie is één van de laatste fabriekspanden in het centrum van de stad weer toekomstbestendig.
Koos Havelaar
Bronnen:
J.J. Havelaar en R. Spork, Met oog op het industrieel verleden, Den Haag 1989
K. Havelaar, “Meelfabriek en graanpakhuis Joh’s Blonk & Co”, Nieuw in Oud 1, Den Haag, 2013, p. 150-155.
K. Havelaar, Brood. Daar zit wat in!, Den Haag 2023
HGA, bnr. 666, Archief Bouw- en Woningtoezicht, inv.nr. 1005