|
Het begint met speurwerk Het kostte heel wat tijd om te achterhalen in welk pand minister Van Houten gewoond heeft. Bewoners wisten met stelligheid dat hij gewoond had in het pand Riouwstraat 8. Na intensieve pogingen om toestemming te krijgen het bericht op het pand te mogen bevestigen (in het pand zitten drie verschillende kantoren), ontdekten we dat we in het verkeerde pand zaten. Op basis van naspeurwerk bleek duidelijk dat het woonadres van de minister is geweest: Riouwstraat 6. De bewoner van nummer 6 kon echter bewijzen (hij had allerlei eigendomsakten) dat Van Houten niet in pand nummer 6 gewoond heeft. omzetting huisnummers Gelukkig wist die bewoner wel dat in de Riouwstraat op zeker moment - nog voor WO II - een omzetting van huisnummers had plaats gehad. Samen met een medewerker van het Haags Gemeentearchief heeft een actieve bewoner van de Archipel (de heer Feenstra van bericht nummer 116) gebogen gestaan over oude stadsplattegronden. En nu weten we het echt zeker: het voormalige woonhuis van Van Houten is pand nummer 10. Opnieuw moesten we met bewoners gaan praten en uitleggen wat de bedoeling is. De heer Doeksen en mevrouw Kleykamp hebben ingestemd met een 'bericht'. En, toevallig of niet, mevrouw Kleykamp behoort tot de familie Kleykamp van bericht nummer 107. Minister Van Houten Uit de Grote Winkler Prins Encyclopedie Samuel van Houten is geboren op 17 februaroi 1837 in Groningen en overleden op 14 oktober 1930 in Den Haag. Hij studeerde rechten, was advocaat, leraar in staatshuishoudkunde, lid van de Groningse gemeenteraad en wethouder. Van 1869 tot 1894 was Van Houten lid van de Tweede Kamer. Kinderwetje Gaande zijn werk ontwikkelde hij een links, liberale visie en was de eerste jaren van zijn kamerlidmatschap de 'bète noire' van Thorbecke. Hij diende een initiatief-ontwerpwet tot afschaffing van de arbeid voor kinderen beneden twaalf jaar in. De wet werd door de Tweede en de Eerste kamer aangenomen en staat tot op vandaag bekend als 'Het Kinderwetje van van Houten'. Kiesrecht Van 1894 tot 1897 was Van Houten minister van Binnenlandse Zaken in het kabinet Roëll - Van Houten. Hij realiseerde in die functie een nieuwe kieswet in 1896 en werd daardoor de vader van het zgn gekwalificeerde kiesrecht. Alleen mannen mochten kiezen. Niet alle mannen, alleen mannen die kenmerken bezaten van geschiktheid en maatschappelijke welstand. Gekeken werd naar het betalen van belasting, huishuur, loonbedrag, spaarbankrekening en behaalde examens. Dit kiesrecht hield stand tot 1917. Toen werd het algemeen kiesrecht voor mannen ingevoerd. Vrouwen mochten nog steeds niet niet stemmen, maar ze mochten vanaf 1917 wel gekozen worden. Pas in 1919 mochten vrouwen ook zelf stemmen (zie bericht 123). Eerste Kamer Van 1904 tot 1907 was Van Houten lid van de Eerste Kamer. In 1922 nam hij deel aan de verkiezingen met een eigen lijst, wat weliswaar een zetel opleverde, maar die werd ingenomen door een ander. Zwager van ..... Samuel van Houten was een zwager van de kunstschilder Mesdag; de zus van Samuel - Sientje - was gehuwd was met de kunstschilder. Mesdag maakte een portret van Van Houten. Van Houten leefde tot zijn dood in 1930 in het pand Riouwstraat 10. Meer over Van Houten, zie website van het IISG: Internationaal Instituut voor Sociale Geschiedenis. Kies: Biografieën Nederlandse Arbeidersbeweging |