//-->
 Bericht 111
 
 

 

tekst op bord:

Dit hek stond tot 1924 aan het begin van de Scheveningseweg waar het tot 1889 als tolhek diende.

een bericht van:

RK Begraafplaats Sint Petrus Banden

locatie:

Kerkhoflaan, Scheveningse Bosjes


Scheveningen - Den Haag

Scheveningen is altijd een vissersdorp geweest, al sinds de middeleeuwen. Het grootste deel van de vangsten werd in Den Haag verkocht, door de Scheveningse vrouwen. Het vervoer ging te voet en dat betekende dagelijks een fikse wandeling door het ruige duingebied over een kronkelige zandweg, met soms wel drie manden vis op het hoofd. Vanuit Den Haag naar zee was er weinig verkeer, want Scheveningen was nauwelijks een afzetmarkt voor Haagse handelaren.

 

 

 

 

Het tolhek versierd ter gelegenheid van de
inhuldiging van koningin Wilhelmina,

september 1898; foto: HGA.

 

Constantijn Huygens

De dichter en diplomaat Constantijn Huygens (1596 - 1687) vond echter dat de verbinding tussen stad en vissersdorp verbeterd moest worden. Daartoe maakte hij al in 1645 een eerste plan voor een kaarsrechte geplaveide verbinding tussen de twee kernen. Hierdoor zou het vervoer zeer veraangenaamd worden en de reistijd flink ingekort. Er waren echter nogal wat bezwaren en twijfels bij het bestuur van Den Haag. Nadat die uit de weg geholpen waren, werd eindelijk met de aanleg van de nieuwe weg begonnen. Inmiddels was het 1664 geworden. Een jaar later was de weg gereed.

'Zeestraet'

Toen de 'Zeestraet' er eindelijk was, bleek hij een groot succes. De beraamde begroting voor de aanleg was echter ruim overschreden, bovendien was het onderhoud een grote post. Om te voorkomen dat duinzand de weg zou onderstuiven werden aan weerszijden wallen met bomen aangelegd, de basis voor de Scheveningse bosjes. Om al deze kosten te dekken, werd er aan het begin van de weg tol geheven. Vanwege hun afhankelijkheid van de weg, waren Scheveningers vrijgesteld van betaling. Aanvankelijk stonden er houten tolhekken aan het begin van de 'Zeestraet'. In het begin van de achttiende eeuw werden deze vervangen door metalen hekken. De tolplaats werd 'Huygenspoort' genoemd.

Files

Vanaf het midden van de negentiende eeuw zochten steeds meer mensen afleiding aan zee. Allemaal moesten ze de tol passeren, die hiermee een grote bron van inkomsten voor Den Haag werd. Maar tegelijkertijd was de 'Huygenspoort' ook een belemmering geworden. Door de toegenomen drukte ontstonden bij mooi weer lange wachttijden voor de hekken. Bovendien groeide de stad en werden meer wegen tussen Den Haag en Scheveningen aangelegd. Om te voorkomen dat deze als sluiproutes zouden gaan fungeren, werden ook hier tolheffingen ingesteld. Aanvankelijk ging het alleen om tollen in de nieuw aangelegde Archipelbuurt. Maar toen het aantal doorgaande wegen naar Scheveningen bleef toenemen, werd het een ingewikkelde zaak om op elke weg een tol in te stellen.

Opheffen tol?

Er kwam een discussie op gang over het wel of niet afschaffen van de tol tussen Scheveningen en Den Haag. De stad was bang dat het zonder de inkomsten van de tol zijn begroting niet rond zou krijgen. De voorstanders van afschaffen, haalden voorbeelden aan zoals het geval van een arts, die dagelijks meerdere malen een patiƫnt moest bezoeken. Steeds moest hij weer tol betalen, waardoor de behandeling wel erg kostbaar werd. Er werd namelijk in dit soort gevallen geen ontheffing van tolbetaling verleend.

 

 

 

 

 

Afbraak tolhek

 

 

Tol opgeheven
Uiteindelijk werd in 1889 de tol opgeheven, waarmee een lange discussie tot zwijgen kwam. De hekken werden opengezet en iedereen kreeg onbelemmerd doorgang. Maar door de toename van het verkeer, werden de tolhekken opnieuw een belemmering. Toen een verhuiswagen in 1921 de linker (gezien vanaf de stad) pilaster omver reed, was de maat vol en besloot men de tolhekken te verplaatsen naar de Kerkhoflaan.